Tagarchief: behandeling multiple sclerose

Over 20 Maanden Jelinekdieet

Volgende week ga ik op zomervakantie, en dit vormt een mooie gelegenheid om wat te reflecteren op 20 maanden Jelinekdieet samen met de levensstijl die daaraan gekoppeld is. Ondertussen is het al heel wat makkelijker om onderscheid te maken tussen een MS symptoom en bijvoorbeeld een sportblessure. En heb ik nu zeker al negen maanden geen MS gerelateerde klachten meer gehad. En zelfs van die MS-achtige klacht in november zei de neuroloog dat het er geen was. Maar mijn neuroloog neem ik eigenlijk niet meer zo serieus als het om multiple sclerose gaat. Hoe dan ook, leef ik nu al een jaar lichamelijk ongehinderd door MS.

Geestelijk is het een ander verhaal. Het eerste jaar dat ik aan de nieuwe levensstijl begin was emotioneel moeilijk. Ik nam mijn eigen lot in handen, maar zei daarmee vaarwel tegen de steun die het patiënt-zijn je biedt: geen zorg van de MS-zuster meer, geen zorg van de arts. Want de zorg die ik als patiënt had kunnen ontvangen, is direct aan medicijnen gerelateerd. En die gebruikte ik nu net niet. En als gevolg hiervan sta je min of meer alleen. Daarbij wist ik het eerste jaar (in mijn hart) ook niet zeker of het Jelinek wel zou aanslaan. De enige geruststelling die er was, kon ik halen uit het onderzoek van Swank. En gelukkig ontving ik veel steun van uit mijn omgeving: vrienden, collega’s, familie.

Grofweg na het eerste jaar had ik solide aanwijzingen dat ik het dieet aansloeg. Eerst bleven terugkerende klachten uit, en daarna was er ook sprake van een sterke afname van MS- activiteit in mijn hersenen. Dit maakte ook in een klap een einde aan de onzekerheid die MS met zich meebracht, en ik kon me op een toekomst zonder MS-gerelateerd ongemak gaan richten. Het enige ongemak dat ik nog uit moet bannen, is mijn bedroevende kookkunst. Dat wordt iets voor na mijn -schubvrije- zomervakantie.

MRI scan: één jaar na dato

Vandaag is het precies een jaar terug dat ik voor het eerst in een MRI-scanner lag. Ik was daar terecht gekomen, omdat eerder de neuroloog op de eerste hulp niet 1,2,3 wist wat er met me aan de hand was. Tijdens die scan zei de verpleger en passant: “Ohja. ik moet je nog wat inspuiten, want je wordt op MS gecontroleerd”. En zo ging het balletje rollen: je leven stort voor je ogen in elkaar, omgeving in rep en roer, en op zoek naar manieren om toch beter te worden. Vorige week bracht ik sinds de definitieve diagnose in januari 2011 mijn eerste bezoek aan de neuroloog. Ik wilde daar gaan vragen om een MRI-scan en om bloed te prikken, en verrassend genoeg deed m’n neuroloog niet moeilijk. Ondanks dat ik het Jelinek dieet volg, dat hij niet bewezen acht, ziet hij wel de vorderingen die ik gemaakt heb. Het bloed is inmiddels geprikt en op de afspraak voor de scan wacht ik nog. Hopelijk zijn er geen vlekjes in m’n hoofd bijgekomen, en heb ik met een beetje geluk nog voor het eind van het jaar een nieuwe achtergrond voor deze website.

Lijnzaadolie werkt beter dan interferon bèta 1b

De 16 YLTF studie [16-Year Long Term Follow-up] toont aan dat de progressie van de MS bij patiënten die lange tijd interferon bèta 1b gebruiken, significant vertraagd wordt. Gebruikers van interferon bèta 1b hebben jaarlijks tot 40% minder aanvallen, gemeten over de periode van 16 jaar. Bron: www.msvereniging.nl

Interessant genoeg is dit effect ook te reproduceren als je dagelijks meervoudig onverzadigd vet (bijvoorbeeld lijnzaadolie) tot je neemt. Tot nu toe heeft elke studie naar de (verhoogde) inname van deze soort vetten door multiple sclerose patiënten uitgewezen dat dit leidt tot een significante reductie van het aantal schubs. In een studie betrof dit zelfs 69% * (Jelinek, p.107). Ook het gerenommeerde National Institute for Health and Clinical Excellence van de UK National Health Service schrijft in haar richtlijnen voor artsen die MS behandelen:

1.4.3.2 People with MS should be advised that linoleic acid 17–23 g/day may reduce progression of disability. Bron: Management of multiple sclerosis in primary and secondary care

De richtlijnen sommen al het bestaande bewijs omtrent de behandeling van multiple sclerose op.